Geschiedenis van de Fabrikant La Meuse

Het  S.A. des Ateliers de Construction de la Meuse werd in 1872 opgericht. Dit bedrijf bouwde vooral materieel voor de mijnbouw en voor de metaalnijverheid. Vanaf 1887 werd gestart met de bouw van spoorwegmaterieel.

Het bedrijf was gedurende lange tijd gespecialiseerd in de studie en bouw van industriële locomotieven, waardoor het bijdroeg aan de grote faam die België geniet in het buitenland door de levering van meer dan 800 locomotieven  ter wereld.

Naast stoomlocomotieven voor industrieel gebruik ( zowel normaal als smalspoor ) heeft La Meuse ook tramlocomotieven ( zowel normaal als smalspoor ) en hoofdlijn locomotieven ( zowel normaal als smalspoor ) voor de spoorwegen van  België, Luxemburg, Portugal, Brazilië, Spanje, Congo, Frankrijk en Denemarken geproduceerd.

De firma bouwde tussen 1887 en 1949 5350 locomotieven, waaronder de laatste stoomlocomotief voor de NMBS (25.012). Zij bouwde ook de laatste stoomlocomotief in België die werd (geleverd aan een staalbedrijf te Differdange). 

Deze "eigen" ontwerpen waren opgedeeld in 2 categorieën, normaal en smalspoor. Binnen deze categorieën waren er 3 bouwvormen, locomotieven met 2, 3 en 4 assen. Van elke bouwvorm waren er diverse gewichtsklassen beschikbaar.. Wanneer we de locomotieven met 2 assen als voorbeeld nemen, waren deze leverbaar met een eigen gewicht van 20 ton, 22 ton, 25 ton, 30 ton en 35 ton.

Alle beschikbare locomotieven waren per bouwvorm opgenomen in een catalogus, nieuwe locomotieven konden dus "uit het boekje " worden besteld. Wel kon, op wens van de klant, de locomotief worden aangepast. Denk hier bij aan het installeren van een treinrem, of elektrische verlichting.

La Meuse hield gedurende de productie jaren vast aan het typische "Belgische" uiterlijk wat voornamelijk komt door de  Belpaire* vuurkist., vrij laag en plat dak, de vierkante raampjes, grote water tenders en het compacte uiterlijk.  Tevens waren de locomotieven zuinig in water en kolenverbruik, eenvoudig in onderhoud en betrouwbaar in inzet., een ander typisch La Meuse trekje!

Daarnaast werden ook locomotieven gebouwd welke door een andere fabrikant of spoorwegmaatschappij waren ontworpen. La Meuse heeft in haar bestaan redelijk veel locomotieven gebouwd als onder aannemer cq deelnemende fabrikant.

Na de 2de Wereldoorlog kreeg de Luikse fabrikant een korte opleving door orders voor nieuwbouwprojecten uit Luxemburg, Spanje, Portugal en Denemarken en herstel orders uit eigen land België. Maar vanaf 1949 kreeg de Waalse fabrikant het moeilijk, talloze bezuiniging en ontslag rondes werden doorgevoerd maar dat mocht niet meer baatten. Societé de La Meuse haalde voorgoed het vuur uit de vuurkist. Vele werknemers vonden een nieuw onderdak bij collega locomotief-fabrikant en stadsgenoot Cockerill, die wel op tijd had ingespeeld op de wensen van de markt en diesels was gaan bouwen.

Het Dit bedrijf bestaat nog steeds maar is nu bekend onder de naam ALM (Ateliers de la Meuse) en is vooral actief in de bouw van stoomturbines, condensatoren  en de assemblage van zware werktuigen.

 


In de hierboven getoonde kaart ziet u in 1 oogopslag aan welke landen ( 23 in totaal ) La Meuse nieuw heeft geleverd:

België, Brazilië, Chili, China, Congo, Denemarken, Duitsland, Egypte, Frankrijk, Joegoslavië ( voormalig ),  Italië,  Jordanië, Luxemburg, Marokko, Mexico,  Nederland, Roemenië, Rusland, Spanje,  Tunesië, Turkije, Verenigd Koninkrijk, Zwitserland.



Foto verantwoording:

  • Foto 1: copyright Thom Meendering
  • Map: Google Maps, bewerking Bart Eijkenboom
  • Catalogus 1934: Verzameling Bart Eijkenboom